
Ravenna | 1964 | gemengde techniek op hardboard | 31 x 40 cm | particuliere collectie| foto: Galerie Hamer, Amsterdam
Nico van der Endt over het jaar 1996: ‘Ondertussen telefoon van Dick Heesen, mijn voorganger inzake Willem met de vraag of ik belangstelling heb een aantal schilderijen en etsen te verkopen die hij – enigszins tot mijn verrassing – indertijd als betaling voor onkosten heeft verkregen. Het gaat om de werken Schwebebahn Wuppertal, Station Berlin-Ost, Colonnade St. Pieter, de kleine tekening Raadhuisstraat en Zelfportret in de Ark.’ [1] Alle genoemde werken belandden bij particuliere verzamelaars en in 1998 werden ze getoond tijdens de grote tentoonstelling in museum De Stadshof in Zwolle. Ook werden ze afgebeeld in Een getekende wereld.
Vier van de vijf werken bleven in beeld en waren opnieuw te zien tijdens de tentoonstelling Woest in het Outsider Art Museum. [2] ‘De kleine tekening Raadhuisstraat’ (een van de vier werken die Van Genk maakte naar aanleiding van de laatste rit van de Blauwe Tram tussen Amsterdam en Zandvoort op 31 augustus 1957) was terechtgekomen bij een verzamelaar die boven Galerie Hamer woonde en daar met grote regelmaat werken aanschafte. In 1999 kocht hij ook nog ‘twee kleinere werken’ van Van Genk, Dom van Ravenna en Smolny Kathedraal. [3] Hij overleed enkele jaren later, zijn verzameling kwam terecht bij enkele familieleden. De verblijfplaats van de werken van Van Genk kon door de organisatie van Woest niet meer worden achterhaald. [4]
Schwebebahn Wuppertal en Colonnade St. Pieter waren in respectievelijk 1996 en 1997 verkocht aan verzamelaar Jan Vellekoop uit Vlaardingen, die de werken regelmatig uitleende voor kleinere of grotere tentoonstellingen en wiens belangstelling voor Van Genk groot was en bleef. [5] In juli 2020 nam Vellekoop zich voor de werken van ‘de bovenbuurman van Hamer’ op te sporen en al na enkele dagen had hij ze getraceerd. De eigenaar bleek naast de drie schilderijen ook nog drie etsen van Van Genk te bezitten – Silja Line, Colonnade en Minsk – en nodigde ons (Jan Vellekoop en ondergetekende) uit om de werken te komen bezichtigen, hetgeen we begin augustus deden.
Raadhuisstraat (Amsterdam) kwam eerder ter sprake in de post over de Blauwe Tram: het is een kleine tekening die in 1964 al te zien was tijdens de tentoonstelling Van Genk’s fantastische werkelijkheid in Hilversum. De afbeelding toont twee gevelrijen met ervoor rijen mensen die onder toezicht van de politie staan te wachten op de laatste Blauwe Tram, waarvan in de verte de koplampen te zien zijn. Het gaat duidelijk om een avond- of nachtscène, de straatlantaarns branden; ook de donkerrode lucht, die contrasteert met de zwart-witte huizen, moet in die context worden geïnterpreteerd. Opvallend is het zeer nadrukkelijke verdwijnpunt, waar de tram staat en waar de gevelrijen, de avondhemel en vooral de tramrails naartoe wijzen. Het werk is rechtsonder tweemaal gesigneerd. Op de achterkant staat, niet in het handschrift van Van Genk, ‘Einde blauwe tram Amsterdam in 1957’.

Detail Raadhuisstraat (Amsterdam)
Smolny Kathedraal is een werk dat Van Genk in zijn woning op de ombouw van zijn opklapbed had staan. Het komt bovendien niet voor in de catalogus van Galerie De Ark uit 1976, hetgeen erop duidt dat het voor de kunstenaar een speciale betekenis had – of dat hij het niet goed genoeg achtte om te worden tentoongesteld. Te zien is de kathedraal uit de titel, achter een hek en met eromheen enkele bomen en andere gebouwen. Om de afbeelding is een bruine rand getekend, waarop versieringen zijn aangebracht – de golvende lijntjes en punten die zullen terugkeren op de rood/gele stroken van latere schilderijen. Het werk is rechtsonder gesigneerd, met in de signatuur het jaartal 1964. Rechtsonder zijn twee ijs-etende meisjes getekend met behulp van sjablonen. Dit vertoont overeenkomsten met de techniek die de Amerikaanse kunstenaar Henry Darger hanteerde voor het weergeven van de vele meisjes in zijn beeldend werk. De oranje contouren om de twee figuurtjes lijken later te zijn toegevoegd.

Detail Smolny Kathedraal
De achterkant van Smolny Kathedraal werd door Van Genk uitgebreid beplakt, betekend en beschreven, uiteraard vooral met verwijzingen naar de USSR – onder meer is prominent het woord ЛЕНИНГРАД (Leningrad) te lezen. Het geheel lijkt enigszins op de achterkant van Metrostation Moskou, eveneens uit 1964, vanwege de grote hoeveelheid contourtekeningen van profielen en maskerachtige tronies. [6] Er lijkt voor Van Genk een connectie te hebben bestaan tussen dergelijke contourtekeningen en het communisme, aangezien ze ook voorkomen op bijvoorbeeld 50 jaar USSR en Het waarheidsfestival.
Dom van Ravenna stond eveneens op de ombouw van het opklapbed van Van Genk en kwam evenmin voor in de catalogus van Galerie De Ark uit 1976, maar was wel te zien tijdens de tentoonstelling Zondagsschilders II (1967) in het Frans Halsmuseum in Haarlem. Afgebeeld is niet de barokke domkerk in Ravenna, maar de Byzantijnse basiliek San Vitale in die stad. Uit de basiliek komt een mensenstroom die het midden lijkt te houden tussen een processie – er wordt een spandoek meegedragen met de tekst CHRISTUS VINCIT – en een bruiloftsstoet. Tientallen nonnen met kaarsen sluiten zich vanaf links en rechts bij de mensenzee aan. Op de voorgrond maakt een fotograaf foto’s, rechtsonder staat een koets. Links en rechts in beeld staan bomen, rechts zijn op de achtergrond ook nog enkele andere gebouwen te zien met op een zijgevel een reclame voor MARTINI. De achterkant van Ravenna (een betere titel) was eveneens beschreven en beplakt, maar Van Genk leek het oppervlakte eerst als palet te hebben gebruikt.

Ravenna (achterkant)
NOTEN
[1] Van der Endt, Kroniek van een samenwerking, p. 105.
[2] Zelfportret in De Ark maakte inmiddels deel uit van de collectie van het Museum of Everything van James Brett en werd in de zomer van 2020 al weer teruggehaald.
[3] Van der Endt, Kroniek van een samenwerking, p. 117. Smolny Kathedraal staat afgebeeld op p. 73, onder de titel Smolny Kathedraaal, Leningrad. Volgens een toeristische website gaat het bij deze kathedraal om ‘één van de mooiste gebouwen van Sint-Petersburg’.
[4] De verzamelaar schafte van Van Genk ook nog een trolleybus-assemblage aan – om precies te zijn de bus die staat afgebeeld op pagina 35 van Een getekende wereld. De bus wordt daar ten onrechte gerekend tot de collectie van De Stadshof.
[5] In 2012 verscheen in het tijdschrift Out of Art een interview met Jan Vellekoop, waarin hij vertelt over ‘zijn fascinatie voor het werk van Willem van Genk’. Het interview is hier te lezen.
[6] De achterkant van Metrostation Moskou is afgedrukt in de catalogus van de tentoonstelling Woest, pp. 74-75. Het werk krijgt daar abusievelijk de datering 1966.
Pingback: Overzicht | Het wereldwijde web van Willem van Genk
Pingback: Aanzet tot een catalogue raisonné | Het wereldwijde web van Willem van Genk
Pingback: Aanzet tot een catalogue raisonné (7) | Het wereldwijde web van Willem van Genk